Oosterse morgenster - Tragopogon pratensis subsp. orientalis - Waarneming.nl

Tragopogon pratensis subsp. orientalis (T. orientalis L.). Hoofdjes groter (dan bij andere subsp. red.). Omwindselbladen korter dan de bloemen. Bloemkroon donker-goudgeel. Cilinder van de helmknopjes goudgeel, bruingestreept. Randstandige vruchten kortstekelig, bijna dubbel zo lang als hun snavel. Zowel bij de hoofdvorm (subsp. pratensis ) als bij de subsp. orientalis komt de vorm tortilis voor, met gegolfde, slappe, aan de top gedraaide bladen.

Tragopogon = van het Griekse tragos: bok, en pogon: baard, hetgeen slaat op het grofharige vruchtpluis.

pratensis = weide, orientalis = Oosters, tortilis = gedraaid.

Blz. 449-450, deel 3 van de Flora van Nederland 1909-1911 (3 delen) door H. Heukels.


Kenmerken

  • Bladrand: gaaf
  • Bladvorm: lijn- tot lintvormig
  • Steel: massief, rolrond
  • Bloem: lichtgeel tot oranjegeel
  • Bloeiwijze: hoofdje

_ _

Data Aantal
Statistieken worden geladen...
Bijgewerkt op: 2024-03-28 15:59:21
Gebruiker Waarnemingen
Statistieken worden geladen...

Externe referenties

Foto's

onbekend

Deze website gebruikt cookies om je zo goed mogelijk van dienst te zijn.