Uiterlijk
Vergeleken met andere hooibeestjes is het tweekleurig hooibeestje bont gekleurd. Bruin en oranje op de bovenkant; op de onderzijde een brede witte band met een rij oogvlekken erachter, en één vlek ervoor. Toch kan het tweekleurig hooibeestje door een onoplettende waarnemer makkelijk verwisseld worden met het hooibeestje of oranje zandoogje. De vleugellengte bedraagt ongeveer 18 mm.
Verspreiding
Aan het begin van de twintigste eeuw kwam het tweekleurig hooibeestje op een aantal plaatsen in Zuid- en Midden-Nederland voor. De grootste populaties vlogen op de Veluwe en in het Rijk van Nijmegen. Geleidelijk aan verdween de soort op alle plaatsen. Begin jaren tachtig kwam hij alleen nog voor op de zuidelijke Veluwe en vloog daar toen nog talrijk. In 1984 werden er nog tientallen exemplaren geteld op twee vliegplaatsen op de Hoge Veluwe en bij Terlet. Na de koude september en winter van 1986 en het natte voorjaar van 1987 was de soort vrijwel verdwenen. Het laatste individu werd in 1988 gezien.
Leefgebied en voedsel
Het tweekleurig hooibeestje komt voor bij warme droge schrale open graslanden op zonnige beschutte plaatsen. Hij wordt zowel op zand- als op kalkgrond gevonden. Altijd is bij het leefgebied struweel, grotere vrijstaande bomen of een bosrand in de buurt. Soms leeft dit hooibeestje op open plaatsen in bossen; dan heeft het een voorkeur voor drie- tot vijfjarige kapvlakten.
Verblijfplaatsen
De rups van het tweekleurig hooibeestje brengt zijn leven door op pollen schapengras. Hij overwintert daar ook, verscholen in graspollen.
Eisen aan de omgeving
De belangrijkste waardplant voor de rups van het tweekleurig hooibeestje was in Nederland schapengras. De soort heeft een voorkeur voor de directe nabijheid van bos of struweel. De combinatie van een ijle, schrale vegetatie met schapengras én bos of struweel is bijzonder geworden.
Staat van instandhouding in Nederland
Het tweekleurig hooibeestje staat als ernstig bedreigd op de Rode Lijst, maar geldt inmiddels als verdwenen uit ons land. De soort is beschermd onder de Flora- en faunawet.
Deskundigheid
De Vlinderstichting.
Literatuur
- Bink, F.A. (1992) Ecologische Atlas van de Dagvlinders van Noordwest-Europa. Schuyt en Co., Haarlem.
- Bos, F.G., M.A. Bosveld, D.G. Groenendijk, C.A.M. van Swaay & I. Wynhoff (2006). De dagvlinders van Nederland verspreiding en bescherming. Nederlandse Fauna 7. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & EIS-Nederland, Leiden. In samenwerking met De Vlinderstichting, Wageningen.
- Gooyer, J. de (1989). In 't kort: Tweekleurig hooibeestje op Hoge Veluwe verdwenen? Vlinders 4 (3), 32
- Ommering, G. van, I. van Halder, C.A.M. van Swaay & I. Wynhoff (1995) Bedreigde en kwetsbare dagvlinders in Nederland : toelichting op de Rode Lijst. IKC-rapport nr. 18 IKC-Natuurbeheer, Wageningen.
- Swaay, C.A.M. van (1998). Verdwenen... : slecht nieuws uit vlinderland. Vlinders 13 (4), 14-16
Websites
