Dorothy (48) uit Tolbert verkoopt koffiebonen van haar thuis: de Kilimanjaro

Dorothy Ngarina (48) en Harro Boekhold (53) in Dorothy's coffee in Leek.

Dorothy Ngarina (48) en Harro Boekhold (53) in Dorothy's coffee in Leek. Foto: Jaspar Moulijn

Dorothy groeide op aan de voet van de KiliImanjaro in Tanzania. Nu verkoopt ze in Leek koffie van haar ‘thuis’. Wat is het verhaal achter Dorothy’s coffee?

Lees meer over
Westerkwartier
Westerkwartier

Bij het binnenstappen van Dorothy’s coffee op het industrieterrein in Leek waan je je in Tanzania. Door speakers klinken de geluiden van exotische vogels. Aan de muren hangen grote afbeeldingen van hutten en planten in allerlei soorten groen. En op de vloer staan potten met koffieplanten.

Maar wat het meeste opvalt is de geur die de neusgaten vult: het sterke aroma van koffie. Dat is geen verrassing, in deze loods worden tientallen kilo’s koffiebonen gebrand en verkocht. En natuurlijk een hoop koppen koffie gedronken.

,,De Kilimanjaro, dat is thuis”, zegt Dorothy Ngarina (48) terwijl ze een nostalgische blik werpt op de foto van de vulkanische berg Kilimanjaro tegenover haar. ,,Die staat in Tanzania hè, niet Kenia zoals sommige mensen denken.” Het vuur in haar is aangewakkerd door de armoede die ze daar met eigen ogen heeft gezien. En de drang daar verandering in te brengen.

Dat is precies wat ze wil bereiken met de koffiehandel: geld inzamelen om weesjongeren naar school te sturen én de koffieboeren daar steunen.

Van Tanzania naar Leek

Vijf jaar geleden richtte Ngarina met haar man Harro Boekhold (53) Dorothy’s coffee op. Niet per se omdat ze zo’n koffieliefhebber is, eigenlijk drinkt ze dat pas sinds ze in Nederland is. ,,In Tanzania is koffie voornamelijk een handelsproduct. Zo nu en dan drinken de mannen op zondag een kop koffie.”

Het bedrijf ontstond uit noodzaak. Toen Ngarina tien jaar geleden naar Nederland vloog en met haar gezin neerstreek in Tolbert lukte het haar, ondanks grote moeite, niet om werk te vinden. ,,Ik ben docent, maar in Nederland werd ik afgewezen op scholen omdat ik met een accent spreek.”

Daarom besloot ze aan de slag te gaan met koffiebonen, van de Kilimanjaro. Dat betekent korte lijntjes, veel lokale koffieboeren kent ze persoonlijk.

Weesjongeren naar school

Het inkopen en verschepen van de koffiebonen is een hoop gebel en geregel. Eigenlijk het minst leuke van het werk, geeft Ngarina toe. Het is vooral een middel om haar doel te bereiken. En dat doel is om zo veel mogelijk jongeren een technische studie te laten volgen op de school.

Van elke kilo verkochte koffiebonen wordt 1 euro opzij gelegd voor het schoolgeld. Met dat geld én donaties wil ze dit jaar 30 weesjongeren, of jongeren die niet genoeg geld hebben, naar school sturen. De afgelopen jaren zijn op deze manier al tientallen naar school gegaan.

Niet naar zomaar een school, maar de technische school op de Kilimanjaro die haar vader Michael Ngarina in 2012 oprichtte. Onderwijs en behulpzaamheid vormen de rode draad in haar familie.

‘Vanaf dat moment wilde ik anderen helpen’

Dat gaat terug naar haar jeugd. De eerste jaren van haar leven groeide Ngarina met haar broer en zussen op in Shinyanga, waar het hen aan niets ontbrak. Haar vader werkte als ingenieur in de diamantmijnen. ,,Een plek waar de koningin langs kon komen”, zegt ze.

Op 10-jarige leeftijd verhuisde ze terug naar haar ‘thuis’, de plek waar haar familiewortels liggen: de Kilimanjaro-regio. Het gezin wilde terug naar de rest van de familie.

Dat was een wereld van verschil. Ngarina: ,,Het was zo’n shock om te realiseren hoe het echte leven in Tanzania was. Kinderen liepen zonder schoenen over straat, de verschillen waren enorm. Dat was een soort trigger voor mij, vanaf dat moment wilde ik andere mensen helpen.”

Dat begon door alles wat ze op school leerde door te geven aan hun hulp in de huishouding. Daarna werd ze zelf ook docent van beroep. Jaren later leerde ze ook Boekhold kennen. De Groninger zette bij de Kilimanjaro een programma op voor toeristen, een heuse ‘koffie experience’.

De twee trouwden, kregen twee kinderen en legden onder andere een ananasplantage en een camping aan. Na een hoop tegenslagen (,,daar kun je een krant mee vullen”) vormde een gewapende overval bij hen thuis de spreekwoordelijke druppel: het gezin vertrok naar Nederland. En Ngarina richtte na een aantal jaar Dorothy’s coffee op.

Toekomst

Trots vertellen ze over de groei van het bedrijf, elk jaar worden meer kilo’s bonen en gemalen koffie verkocht. En gaan dus meer weesjongeren naar school. Dit jaar willen ze het schoolgeld van 30 jongeren inzamelen, wat neerkomt op 12.000 euro.

Terwijl Ngarina vertelt over de toekomstplannen stapt een vrouw binnen. In haar hand houdt ze een oranje koffieblik van Douwe Egberts vast. Leeg. ,,Het gebruikelijke?”, vraagt Ngarina, voordat ze het blik volschept met bonen.

,,Uiteindelijk willen we helemaal afstappen van de verpakte koffie”, legt haar Boekhold uit. Binnenkort verhuist het bedrijf naar een plek dichter bij het centrum van Leek. Boekhold: ,,Uiteindelijk is het ook het doel dat Dorothy er zelf een inkomen aan overhoudt, dat is nu nog niet het geval.”

,,Maar het allerbelangrijkste is dat de jongeren naar school kunnen gaan”, zegt Ngarina stellig, voordat ze een slok koffie drinkt.